Ingmar Heytze is de eerste (en terwijl ik met een schuin oog naar mijn poëzieplank kijk volgens mij ook de enige) dichter van wie ik meerdere, tevens gelezen bundels heb. Ik vind deze man een taalvirtuoos. Geen ingewikkelde woorden en onleesbare tangconstructies, maar gedichten waar een touw aan vast te knopen is. Gedichten die bewijzen dat een traan en een lach heus goed samengaan. Zo ook in dit gedicht ‘Vogels en vissen’ dat hij speciaal voor EenVandaag schreef over ons land in tijden van coronacrisis. Hoor maar.